Tuberculose-uitbraak op een Amsterdamse basisschool

Vlak voordat de coronapandemie haar intrede deed in Nederland, is in Amsterdam een groot tuberculosecontactonderzoek afgerond. 233 kinderen en 19 volwassenen werden onderzocht. “Bij 7 kinderen stelden we uiteindelijk tuberculose vast; bij 34 anderen, zowel kinderen als leerkrachten, een latente tuberculose infectie (LTBI)”, laat GGD Amsterdam weten. In het onderstaande artikel vind u een verslag van dit onderzoek, geschreven door Wieneke Meijer, stafarts tuberculosebestrijding M&G, Najia Tessoudali, medisch technisch medewerker en Trudy Verhoek, sociaal verpleegkundige van GGD Amsterdam, afdeling TBC-bestrijding.

In november 2019 kwam een melding binnen bij de GGD Flevoland GGD Flevoland van een basisschoolleraar met een caverneuze longtuberculose. Hij hoestte al zeer lange tijd. De longfoto liet meerdere holtes in de rechter bovenkwab zien, infiltraten in alle andere longkwabben en mediastinale klieren. Sputum was auramine +4 en ook de PCR-test was positief.

De patiënt woonde zelf niet in Amsterdam. Collega’s van GGD Flevoland spraken met de patiënt en voerden het contactonderzoek in zijn privé-omgeving uit. Een eerste ring van contacten (het gezin van drie personen, twee vrienden en twee familieleden) werden al snel onderzocht. Van deze zeven personen bleken er zes geïnfecteerd te zijn.

Kort na de melding nam GGD Amsterdam contact op met de schooldirectie. Deze was al door de leerkracht zelf geïnformeerd over zijn tuberculose (TBC) diagnose. Er was schrik, maar geen paniek. In het gesprek legde de GGD uit hoe ze het contactonderzoek inrichten. Op basis van de uitslagen van het onderzoek in de eerste ring, besloot de GGD dat er ook op school een onderzoek zou plaatsvinden. In de tussentijd is er bovendien een leerling van de patiënt door een kinderarts gediagnosticeerd met TBC. Het was duidelijk dat onderzoek op school niet kon wachten.

Onderzoek op school

Met de directie en een naaste collega van de patiënt stelde de GGD vast dat de 8e groep (van 28 leerlingen) en drie leerkrachten het meest contact hadden gehad met de leerkracht. Dit was de eerste ring van contacten binnen de school die onderzocht moest worden. Met hulp van de school voerde de GGD het contactonderzoek uit. De school verstrekte de gegevens die nodig waren voor het onderzoek en dacht intensief mee over voorlichtingsbijeenkomsten, informatiebrieven en ook bij het daadwerkelijke onderzoek. De uitnodigingen voor de diverse onderzoeken werden via het netwerk van de school verstuurd. Dat ging snel en zorgvuldig.

Via het schoolinformatiesysteem en de schooltas (brief mee) werden de ouders geïnformeerd. De ouders van leerlingen van de 8e groep kwamen naar een informatiebijeenkomst. Deze was binnen twee dagen geregeld en kon gegeven worden in de aula van de school. De opkomst was niet groot en de bijeenkomst verliep rustig.

Op 9 december was het zover: bij 27 leerlingen (want één van de 28 leerlingen was al gediagnosticeerd) en drie docenten werd een tuberculinehuidtest (THT) gezet in de aula van de school. Drie dagen later werd bij 15 van hen (drie leerkrachten en twaalf leerlingen) een reactie op de THT gezien, wat een besmetting met TBC aangeeft.

De volgende dagen gingen deze kinderen en leerkrachten naar de GGD voor longfoto’s en een aanvullend bloedonderzoek. Twee leerlingen bleken een primo-tuberculose te hebben en elf hadden een latente tuberculose infectie. De drie leerkrachten bleken allen geïnfecteerd. In totaal, de eerder met TBC gediagnosticeerde leerling meegeteld, is bij 14 van de 28 leerlingen TBC of LTBI vastgesteld.

Het onderzoek werd nog dezelfde week opgeschaald naar de tweede ring. De GGD riep nog 57 personen op: 49 leerlingen uit de 6e, 7e en 8e groep, aan wie de patiënt bijles gaf en acht van zijn collega’s. Drie leerlingen kwamen niet opdagen, twee lieten de THT niet aflezen. Bij de 44 onderzochte leerlingen en de acht leerkrachten vond de GGD zeven infecties. Vijf bij leerlingen en twee bij collega’s.

In januari volgde de tweede ronde. 63 leerlingen en docenten waren in december al uitgenodigd en de meesten zijn onderzocht. Voor het eerst werden 34 anderen uitgenodigd, zowel leerlingen als volwassenen (leerkrachten, leesmoeders, de conciërge etc.). Dit keer kregen elf leerlingen een LTBI-diagnose, waarvan zeven een omslag hadden en vier niet eerder waren onderzocht. Eén leerling had een primo, en een leraar had LTBI. De leraar had in de 1e ronde al een reactie op de THT. Nu was de IGRA positief. Eén leerling was naar België verhuist, vlak voor de diagnosestelling bij de leerkracht. De GGD verzocht haar Belgische collega’s haar uit te nodigen. Ook bij haar werd een LTBI geconstateerd.

In januari nodigde de GGD 24 leerlingen uit die het vorige leerjaar les van de patiënt hadden. Op twee na kwam iedereen. Er werden in deze ronde geen diagnoses gesteld.

In maart zat de GGD opnieuw met de directie en de patiënt – die gelukkig enorm was opgeknapt – om de tafel. Samen besloten ze een laatste groep, van 77 leerlingen en drie leerkrachten, te onderzoeken. In deze groep werden twee LTBI’s gevonden en bij één leerling TBC.

Na dit laatste onderzoek werd de balans opgemaakt: 241 personen zijn uitgenodigd, 235 zijn onderzocht. Bij 36 van hen is een LTBI vastgesteld, twee van hen ontwikkelden, terwijl onder behandeling voor LTBI, een primo-TBC, en bij vier werd bij het onderzoek meteen al TBC vastgesteld. Hierbij moet de leerling uit het AMC ook nog worden opgeteld. Uiteindelijk zijn er 34 individuen met LTBI en zeven met TBC gediagnostiseerd. Op de school werd het onderzoek afgesloten omdat verder risico op basis van de verzamelde informatie als verwaarloosbaar kon worden beschouwd.

De behandeling

De kinderen die medicijnen slikken vanwege een LTBI krijgen extra begeleiding en ondersteuning. Tijdens de behandeling hebben ze regelmatig telefonisch contact of gaat de GGD op huisbezoek. Het is belangrijk dat de ouders de noodzaak inzien van de behandeling omdat deze de ontwikkeling van TBC kan voorkomen. Zij moeten er immers voor zorgen dat hun kind de medicatie inneemt, ook al heeft hij/zij nu geen klachten. Dat dat belangrijk is,  blijkt uit het feit dat gedurende de preventieve behandeling toch nog twee kinderen tuberculose ontwikkelden.

De kinderen bij wie TBC is vastgesteld moeten 6 maanden medicijnen slikken. Ook zij moeten goed begeleid worden, ook al staan bij hen de therapietrouw minder onder druk. Zij en de ouders zijn gemotiveerd door de klachten die de kinderen door de actieve tuberculose  hadden.

Onderzoek buiten school en buiten 1e ring

GGD Flevoland riep voor het onderzoek in de privé omgeving 64 personen op; ze vonden hier nog één persoon met TBC en twaalf personen met LTBI.

Conclusie

Na vijf maanden kon de GGD het contactonderzoek afsluiten. Door een goede samenwerking en vertrouwen in de schooldirectie, GGD Flevoland en het team van GGD Amsterdam, bleken we bergen te kunnen verzetten. Kort daarna waren we in staat om met dezelfde energie vloeiend over te gaan in de bestrijding van de coronapandemie waar we als team tuberculosebestrijding ondersteuning boden aan team Corona, het streeklaboratorium van de GGD Amsterdam én aan de omliggende ziekenhuizen.

Wilt u op de hoogte blijven van Nederlands nieuws op het gebied van tuberculose? Schrijf u in voor de Tegen de Tuberculose Nieuwsbrief. 

Help mee voor een wereld zonder tuberculose

Tuberculose is een infectieziekte die wordt veroorzaakt door een bacterie, de Mycobacterium tuberculosis.

De meest gestelde vragen over tuberculose:

Wat is tuberculose?

Hoe merk ik dat ik tuberculose heb?

Is tuberculose altijd besmettelijk?

Bestaat er een vaccinatie tegen tuberculose?

Overzicht van alle vragen

Om TBC de wereld uit te krijgen is uw support onmisbaar!

Doneren:

Eénmalig of maandelijks

Nalaten met een goed gevoel

Neem KNCV Tuberculosefonds op in uw testament

Heeft u iets te vieren?

Doneer aan KNCV Tuberculosefonds via geef.nl

Steun ons gratis bij een boeking via booking.com

Booking.com/supportkncvtbc

Deel uw ervaring met tuberculose

Dwalen in verhalen

Wereldwijd sterven elke dag nog ruim 4.000 mensen aan TBC. Onnodig, want tuberculose is te genezen!

Wat wij doen

Over ons

Waar we werken wereldwijd

Voor zorgprofessionals in Nederland

Bij- en nascholing

Onderzoek

Ondersteuning van patienten

Bezoek adres

KNCV Tuberculosefonds
Maanweg 174
2516 AB Den Haag
+31 70 416 7222

OPEN IN GOOGLE MAPS

Post adres

Postbus 146
2501 CC Den Haag

Sorry

De versie van de browser die je gebruikt is verouderd en wordt niet ondersteund.
Upgrade je browser om de website optimaal te gebruiken.